ABCOR toont u: Het succes van 25 jaar Uniemerken
Datum : 14-04-2021
Op 1 april was het 25 jaar geleden dat het eerste
Uniemerk werd geregistreerd in de Europese Unie. Wat nu vrij normaal is, was
toen een sensatie. Tot die tijd konden bedrijven namelijk hun merkrechten
alleen nationaal (per land) aanvragen. Dat was niet alleen een vrij
tijdrovende kwestie (alles moest per land en via een lokale gemachtigde),
maar vooral ook een kostbare aangelegenheid.
De enige uitzondering binnen Europa was het toen al bestaande Benelux merk,
een merkregistratie voor drie landen in één keer. Dit Benelux merk was ooit
in het leven geroepen om beter te kunnen anticiperen op een vrij verkeer van
goederen binnen de Benelux.
Juist om die reden (het bevorderen van vrij
verkeer van goederen) werd een vergelijkbaar systeem voor de EU gelanceerd. De
behandeling van de aanvragen werd ook niet langer gedaan door de nationale
autoriteiten maar via een nieuw Europees merkenbureau, gevestigd in Alicante,
het OHIM.
In 1996 kende de Europese Unie nog maar 15 landen, en de vraag was dan ook
hoe succesvol deze nieuwe registratie zou worden. De verwachtingen waren zeer
bescheiden. Men ging uit van misschien wel 12.000 aanvragen in april, echter
die eerste maand werden er al 22.000 aanvragen ingediend!
Reden van dit succes is zeker (ook nu nog) dat een bedrijf met één
merkaanvraag direct bescherming krijgt in alle aangesloten landen.
Naast de
veel lagere kosten heeft een Uniemerk ook als groot voordeel dat er in een
gerechtelijke procedure direct een verbod geëist kan worden in alle landen
van de Europese Unie, een rechtszaak per land is niet langer meer nodig. Het
gevolg hiervan is dat het Uniemerk (en ook het Uniemodel) een gigantische
vlucht heeft genomen. Afgelopen jaar (2020) werden er maar liefst 175.000
nieuwe aanvragen ingediend. Niet geheel verwonderlijk als je bedenkt dat
(zelfs na de Brexit) het Uniemerk maar liefst 27 landen omvat.
Je zou denken, dat dit een goede reden zou zijn om voortaan altijd direct een
Uniemerk aan te vragen in plaats van een nationaal merk. Echter, dat is zeker
niet altijd het geval. Het Uniemerk heeft namelijk (in sommige gevallen) ook
een nadeel.
Als er namelijk een overeenstemmend recht (bijvoorbeeld een ouder
nationaal merk) bestaat in één van de 27 landen, dan kan de houder hiervan
bezwaar maken tegen zo’n nieuwe EU aanvraag. Als het bezwaar succesvol is,
dan wordt de nieuwe aanvraag niet ingeschreven. Het is wat dat betreft dus
een alles of niets systeem (de aanvraag omzetten naar nationale merkaanvragen
kan dan soms nog, maar is zeer kostbaar).
Daarnaast moeten bedrijven bedenken, dat ze een merk na 5 jaar ook echt
moeten gaan gebruiken (dat geldt overigens zowel voor nationale merken als
voor Uniemerken). Mocht een merk in maar één land gebruikt worden, dan is de
kans aanwezig dat een derde het uniemerk door laat halen. Het is dus niet
alles goud wat er blinkt.
Om die reden adviseren we bedrijven altijd; maak een inschatting voor de
komende 5 jaar. In welke landen verwacht het bedrijf binnen 5 jaar actief te
zijn (verkoop, productie etc). Wanneer dat in meerdere Europese landen is,
dan is een Uniemerk nog steeds een zeer aantrekkelijke optie. Is dat als
MKB-er bijvoorbeeld alleen de Benelux (of een ander land in de Europese
Unie), laat dan het merk als nationaal merk vastleggen. Kortom, laat je
altijd adviseren wat de beste route is, voor jouw merk.
Het Uniemerk is in ieder geval een groot succes en daarom zullen op 1 april
de champagnekurken vast hebben geknald op het Europese merkenbureau (nu
EUIPO).
Wilt U meer weten over merkregistratie en aanverwante onderwerpen. Dan is er maar één bedrijf dat u echt kan helpen. en dat is Merkenbureau ABCOR.
Klik hier om door te gaan naar de site